Augustus en september zijn voor gezinnen met schoolgaande of studerende kinderen dure maanden. Naast de standaard boeken, schriften en mappen krijgt zoon of dochterlief straks weer het obligate boodschappenlijstje met benodigdheden mee naar huis. Ook schoolspullen zijn er de afgelopen jaren niet goedkoper op geworden.
Het goede nieuws: een bewuste keuze voor tweedehands wordt steeds normaler. Bepaalde schoolspullen tweedehands aanschaffen in plaats van nieuw, levert immers een flinke besparing op.
38,5% van de Belgen heeft de afgelopen 12 maanden iets tweedehands gekocht, versus 37,8% een jaar eerder en 35% twee jaar geleden. Voor diegenen die al voor tweedehands schoolspullen gewonnen zijn, primeert het financiële aspect: 31,9% van de Nederlandstalige ouders geeft aan op die manier geld te kunnen besparen.
Boekentassen, rekenmachines, turnkledij en smartphones gaan zo dankzij hergebruik een nieuw avontuur tegemoet in handen van een nieuwe scholier.
Ook bij de inrichting van een studentenkamer kiezen ouders of studenten er in bepaalde gevallen voor om spullen een tweede, derde of vierde leven te geven. De huur van een studentkot loopt immers al hoog op.
Voor de inrichting van het kot trekken we in Vlaanderen gemiddeld 789 euro uit. Respondenten van het grootschalig tweedehandsonderzoek* gaven aan vooral het bureau (55%) en de bureaustoel (51%), decoratie (54%), het bed (53%), servies (47%) en potten en pannen (45%) bij elkaar te snuisteren in de Kringwinkels.
Jammer genoeg beschouwt nog niet iedereen tweedehands als de voor de hand liggend keuze. 22,6% van de ouders kopen enkel nieuw, puur uit gewoonte: ‘we kopen thuis alles nieuw, dus waarom zouden we voor studenten tweedehands kopen’.
Onbekend is onbemind? 😊
De cijfers in dit nieuwsbericht zijn afkomstig van een grootschalige, online onderzoek dat van 26 maart tot 1 april 2022 uitgevoerd werd door onderzoeksbureau iVOX in opdracht van 2dehands, Kringwinkel, Cash Converters en HappyTroc/HappyCash. 2.000 Belgen werden bevraagd. Het onderzoek is representatief op taal, geslacht, leeftijd en diploma. De maximale foutenmarge bedraagt 2,19%.
